Vandaag is het zogenaamd ‘Blue Monday’, de meest depressieve dag van het jaar. Meestal de derde maandag van de maand januari.
De vader van ‘Blue Monday’ is de Britse psycholoog Cliff Arnall. Hij bedacht in 2005 een (naar eigen zeggen) wetenschappelijk verantwoorde formule waaruit zou blijken dat de maandag van de laatste volle week van januari de dag is waarop de meeste mensen zich treurig, neerslachtig of weemoedig voelen. Dit zou te maken hebben met het feit dat goede voornemens mislukt zijn en de vakanties ver weg lijken. Daarnaast zijn de dagen nog donker en is de maandag voor veel mensen de eerste dag van de werkweek.
De term is afgeleid van het Engelse begrip “feeling blue” (neerslachtig, somber, down of depri zijn). De kleur blauw had vroeger in de zeilscheepvaart met rouw te maken. Als een schip zijn kapitein of officier verloor, dan verfde de bemanning rondom het schip een blauwe band. Deze band (en een blauwe vlag) lieten bij thuiskomst duidelijk zien dat men de “blues” had, in de rouw was.
‘Blue Monday’ lijkt vooral een West-Europees en Noord-Amerikaans verschijnsel te zijn. In India vieren hindoes rond deze tijd hun “winterzonnewende” (de overgang naar langere dagen). Zij bekijken deze donkere periode halverwege januari van de zonnige kant: vanaf nu vindt de zonsopgang elke dag weer vroeger in de ochtend plaats.
Je kunt dus op twee manieren naar deze dag kijken, of je duikt in je depri gevoelens of je springt er uit. Hierbij enkele tips om met deze dag om te gaan.